[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (De -) aan eigen feilen en gebreken denken, zich van eigen schuld laten overtuigen. Ontleend aan Gods bevel aan Mozes (Exod. IV:6), die zijne hand in den boezem moest steken en die er daarna weder melaatsch uittrok,
melaatsch = onrein.
Boezem = het wijde boe...
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0012.php
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (De -) aan eigen feilen en gebreken denken, zich van eigen schuld laten overtuigen. Ontleend aan Gods bevel aan Mozes (Exod. IV:6), die zijne hand in den boezem moest steken en die er daarna weder melaatsch uittrok,
melaatsch = onrein.
Boezem = het wijde boe...
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0012.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.